De Hooizolder

De verenigingsruimte de Hooizolder is gevestigd op de zolder van een een oud pand aan de Groenestraat 94, 8261 VJ Kampen.

Beheerder: Hans Rensen, 038-3331470 of nvijleden@gmail.com

Zoals de naam al aangeeft, was het een hooizolder ( euizolder) van een van de laatste stadsboerderijen van Kampen. De Hooizolder heeft een oppervlak van 100 vierkante meter en biedt plaats aan 50 personen, en wordt gebruikt als vergader- ontmoetingsruimte voor lezingen. Parkeren is een probleem in de Groenestraat, dus kom zoveel mogelijk per fiets, komt u met de auto dan kunt u het best een parkeerplaats zoeken in de omgeving, bijvoorbeeld het Burg. Berghuisplein.

INFORMATIE OVER DE STADSBOERDERIJ:

Kampen heeft een lange agrarische traditie. De agrarische achtergrond vind je niet alleen om de stad heen, zoals het Kampereiland, maar ook midden in de stad. In de Groenestraat, maar ook in andere delen van de stad, woonden vroegen veel koeboeren. De historie van deze boeren gaat terug tot in de dertiende eeuw. Ook toen waren er al diverse boeren binnen de muren van de stad, terwijl hun weidegebieden zich tot ver buiten de stad uitstrekten. Het gebied ten westen van Kampen, tot aan de Zwartendijk waren toentertijd de stadsweiden en waren eigendom van de Gemeente. Inmiddels is dit gebied bijna geheel bebouwd. Kampen heeft in de loop der eeuwen altijd kans gezien om het agrarisch gebied rond de stad verder uit te breiden. Ook nu nog is veel groen rond Kampen, waaronder het Kampereiland, eigendom van de Gemeente. De verhuur van weidegrond rond Kampen was erg lucratief voor de Gemeente. Na verloop van tijd nam de Gemeente dan ook het besluit dat de koeboeren met weiderechten, in de stad moesten blijven wonen. Vele boeren woonden in de Groenestraat. De panden zijn veelal nog te herkennen aan de hooiluiken in de voorgevel. De boeren leefden van de verkoop van melk en mest. De boeren in de stad waren regelmatig een bron van ergernis en zorg in de gemeente. Daarom werden er regelmatig maatregelen afgekondigd om het boeren veiliger te maken en de overlast te beperken. Zo was bijvoorbeeld het houden van varkens in de stad verboden. Ook het aantal koeien was gelimiteerd. De boeren hebben eeuwenlang gewoond binnen de stadsmuren. Rond 1950 telde Kampen nog zo’n 75 boeren binnen de stads muren. Aan het einde van de jaren tachtig waren er nog vier stadsboeren over: twee in Brunnepe en twee in de binnenstad. De museumboerderij aan de Groenestraat nummer 94 is ingericht als herinnering aan de bijzondere wijze waarop agrariërs midden in de Kamper binnenstad leefden en hun karige brood verdienden. Het pand is nog in authentieke staat gebleven. De Woonkamer aan de voorzijde met de Stal en de deel zijn nog origineel. Ook de binnenplaats en de mestplaats, nu konijnen-paradijs, kunt u nog in het museum terug vinden. De Gang was aan- en afvoerroute voor alles wat met het boerenbedrijf te maken had. De boer en zijn gezin leefden op de deel. Voor hen was het gewoon, maar ons komt het vreemd over om de maaltijd te gebruiken op enkele meters vanaf het vee. Ook het piepkleine keukentje is nog origineel, inclusief de geëmailleerde spullen uit de Berk fabrieken.